In juli 2022 publiceerde Trouw over de plannen van de NZa om een indringende vragenlijst over ggz-cliënten op te eisen bij psychiaters en psychologen. Aan het woord komen onder meer psychiater Cobie Groenendijk en Marthijn Laterveer van het Landelijk Overleg Cliëntenraden, beiden betrokken bij de rechtszaak tegen de nieuwe Regeling van de NZa.
Het artikel gaat in op de bezwaren tegen het opeisen van indringende vragenlijsten door de NZa. Cliënten is nooit om toestemming is gevraagd om zulke gevoelige informatie te delen met iemand anders dan hun behandelaar.
“Mensen weten niet dat hun psychiater of psycholoog nu moet registreren wat hun seksuele problemen zijn, hoe erg hun verslaving is of aan welke stoornis ze lijden – en dat al die gegevens uiteindelijk bij de NZa belanden”, zegt psychiater en juriste Cobie Groenendijk, lid van de kritische privacy-groep Stop de benchmark met ROM, die eerder al het verzamelen van patiëntgegevens door ggz-instellingen aanvocht. De ggz-instellingen werden in 2019 door de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) teruggefloten, omdat hun initiatief niet voldeed aan de Privacywet.
Ook voor het vertrouwen van de zorg is het zomaar doorspelen van patiëntgegevens naar de NZa slecht, zegt Groenendijk, hoezeer die data ook worden versleuteld of gepseudonimiseerd. “Dit brengt behandelaren in problemen, omdat het niet strookt met het medisch beroepsgeheim: wat een patiënt met zijn behandelaar deelt, mag nooit naar buiten gebracht worden. Dat is cruciaal voor de vertrouwensrelatie tussen patiënt en behandelaar. Ik begrijp het als patiënten zich bedrogen voelen als ze hiervan horen.”
Lees het volledige artikel op de site van dagblad Trouw.