GGZ-cliënten niet geïnformeerd over opname in NZa-databank

De NZa eist vanaf 1 juli aanstaande dat de mentale en sociale problematiek van alle GGZ-cliënten in een databank wordt opgeslagen. Cliënten zijn hier ten onrechte niet over geïnformeerd. De NZa en de zorgkoepels verzaken daarmee hun verantwoordelijkheid, zo stelt de actiegroep Vertrouwen in de GGZ, die in september haar dagvaarding tegen dit plan presenteert.

De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) verplicht psychiaters en psychologen vanaf 1 juli aanstaande om vragenlijsten en diagnose-informatie over hun cliënten aan te leveren. De lijsten beslaan een brede verzameling sociale en mentale problemen, die de behandelaar een score moet geven om de ernst aan te duiden. Met deze informatie claimt de NZa de behandelduur te kunnen voorspellen en zo de wachtlijsten in de GGZ te kunnen verkorten.

Cliënten gepasseerd

De behandelaren die straks verplicht zijn om de vragenlijsten aan te leveren, worden hier al sinds vorig jaar over geïnformeerd via instructiebrieven van de NZa. Uiterlijk 31 augustus dienen alle zorgaanbieders in de GGZ de eerste lichting vragenlijsten te hebben aangeleverd, via een online portaal van de NZa. Als ze de vragenlijsten niet aanleveren, riskeren ze een dwangsom.

Dit staat in schril contrast met de informatievoorziening aan de cliënten zelf, die nihil is. Dat constateert de actiegroep Vertrouwen in de GGZ, die in februari dit jaar een rechtszaak aankondigde tegen de plannen van de NZa voor de verplichte aanlevering van de vragenlijsten. Enkele zorgaanbieders in de GGZ informeren hun cliënten op eigen initiatief, maar vanuit de NZa en de beroepskoepels die dit plan al jaren voorbereiden, is aan cliënten vooralsnog niets over deze omstreden verplichtingen gecommuniceerd.

Geruisloze goedkeuring

Zowel de NZa die deze verplichting oplegt, evenals de zorgkoepels in de GGZ verzaken volgens Vertrouwen in de GGZ hun verantwoordelijkheid door cliënten niet uitgebreid en tijdig te informeren over deze verregaande inbreuk op hun privacy.

Psychiater en jurist Cobie Groenendijk, aangesloten bij de eisende partijen: “Het medisch beroepsgeheim en het vertrouwen in de spreekkamer worden met deze verplichting massaal doorbroken. De verantwoordelijke partijen lijken in te zetten op een strategie van geruisloze goedkeuring. Dat juist de mensen van wie de meest intieme informatie straks in een overheidsdatabank wordt opgeslagen hier niet actief en persoonlijk over worden geïnformeerd, is in onze ogen onacceptabel.”

De actiegroep roept de verantwoordelijke partijen in de GGZ op om alle cliënten zo spoedig mogelijk persoonlijk te informeren over het feit dat informatie over hun mentale en sociale problemen binnenkort verplicht aan de NZa wordt geleverd. Dat geldt in de eerste plaats voor de NZa, maar ook voor de zorgkoepels in de GGZ met wiens steun dit omstreden plan wordt uitgerold.

Dagvaarding NZa

Vertrouwen in de GGZ bestaat uit psychiaters, psychologen, cliënten en maatschappelijke organisaties op het terrein van privacy en zorg. In februari kondigde de actiegroep een rechtszaak aan tegen het plan van de NZa. Volgens de actiegroep is de verplichte aanlevering van deze gegevens een schending van de privacy van cliënten en het medisch beroepsgeheim van behandelaren. Sinds de aankondiging ontving de actiegroep steunbetuigingen van tientallen organisaties, instellingen en behandelaren in de GGZ alsmede wetenschappers op het terrein van de geestelijke gezondheidszorg.

Voor het opstarten van de rechtszaak is inmiddels voldoende crowdfunding verzameld. Op 5 september aanstaande presenteert Vertrouwen in de GGZ haar dagvaarding op een publieksbijeenkomst in Pakhuis de Zwijger te Amsterdam.

aan het laden